Waarom druklaagloos bouwen de voorkeur heeft

De Nederlandse utiliteitsbouw past jaarlijks bijna 115 duizend kubieke meter beton in druklagen toe, vaak onnodig. Omdat de CO2-footprint van druklagen groot is, verdient druklaagloos bouwen de voorkeur. Dit vraagt dan wel om toepassing van een dikkere kanaalplaatvloer.

Peter Musters vertelt dat hun nieuwste kanaalplaatvloer van 500 millimeter dik de mogelijkheid biedt voor overspanningen tot wel 20 meter, met minder gewicht per vierkante meter. “Door een kanaalplaatvloer van 400 millimeter dik in combinatie met een druklaag te vervangen door onze nieuwe variant van 500 millimeter dik, is er ook de mogelijkheid om de onderliggende constructie slanker uit te voeren. Dezelfde aanpak gaat ook op bij onze 260 en 320 millimeter kanaalplaatvloeren. Met de keus voor een dikkere kanaalplaatvloer zonder druklaag bespaar je dus fors op ter plaatse gestort beton en daarmee op CO2”.

Druklaag toepassen uit gewoonte

Er zijn verschillende redenen waarom druklagen worden toegepast, waarvan een aantal valide. Denk hierbij aan de lastspreiding of trillingseisen. Een druklaag wordt echter te vaak uit gewoonte toegepast. Volgens Peter Musters wordt schijfwerking daarbij als belangrijkste overweging gebruikt. “Dat komt ook omdat een constructeur vaak niet de tijd of het budget heeft om een druklaagloos alternatief te berekenen. De bij schijfwerking optredende schuifspanningen in de voeg worden door de constructeur berekend en vervolgens in het gehele stabiliteitsontwerp van het gebouw meegenomen.

Een aannemer kan veilig voor grote overspanningen tot 20 meter kiezen met onze nieuwe 500 millimeter dikke kanaalplaatvloer. Druklaagloos bouwen is bovendien een voorwaarde en een eerste stap in de richting van toekomstige herbruikbaarheid van kanaalplaten. Door remontabel te ontwerpen en te bouwen worden de vloeren nóg duurzamer. En de milieu-impact van het gebouw lager.”

Een daktuin met bomen

In Capelle aan den IJssel bouwt Van Wijnen aan de Blinq. Dit zijn vier woongebouwen met in totaal 180 appartementen, die onderling verbonden zijn door een eenlaags parkeerdek op begane grondniveau. Martin van Cappellen, projectleider bij Van Wijnen, kwam niet uit met de oorspronkelijk berekende kanaalplaatvloer van 400 millimeter met druklaag.

“Op het dek komt een daktuin van minimaal 300 millimeter met echte bomen, oftewel een enorme last. Omdat ik een overspanning moet halen van 15 meter heb ik uiteindelijk gekozen voor de nieuwe 500 millimeter dikke vloer van VBI zonder druklaag. Dit omdat ik die druklaag constructief niet nodig heb.” Het enige detail dat aandacht nodig had volgens hem, was de schijfwerking van de vloer. “Dat is opgelost door extra wapening in te storten in de beukwanden waarop de vloer rust en mee is gekoppeld.”

Een ideaal product

De 500 millimeter dikke kanaalplaatvloer van VBI wordt geproduceerd met CO2-arme betonmengsels en een stortmachine die speciaal voor deze vloerelementen is gemaakt. Met deze machine wordt in Huissen inmiddels volop geproduceerd. De nieuwe vloer beschikt over een CE-markering en aan de LCA en de EPD wordt gewerkt. In Capelle aan den IJssel worden de eerste negen kanaalplaten van 500 millimeter vlak voor de bouwvak geleverd. De overige platen volgen rond de kerstvakantie. “Dat deze dikke kanaalplaatvloer van VBI een groot draagvermogen biedt in combinatie met een grote overspanning was bij ons nog onbekend. Maar het is een ideaal product dat bovendien een hoop materiaal bespaart”, sluit Martin van Cappellen af.

Verder in gesprek?

VBI is voortdurend in gesprek met de markt. Verder praten over dit onderwerp? Bel dan met Peter Musters.

4 tot 6 keer per jaar Nieuws over VBI In je mailbox?

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang de laatste updates en productontwikkelingen.

Meld je aan
voor onze nieuwsbrief